Ontstaan en werking van het Landelijk Platform Levende Geschiedenis (LPLG) als koepel organisatie
Oprichting
H et LPLG is in 1998 opgericht naar aanleiding van de nieuwe wapenwet uit 1997. De nieuwe wet zou het demonstreren van historische wapens aanzienlijk bemoeilijken. De verenigingen hebben deze gelegenheid benut om elkaar beter te leren kennen en om gezamenlijk de benodigde uitzonderingen te verkrijgen van het Ministerie van Justitie.
Voor de oprichting hebben zij zich ervan verzekerd dat alle betrokken partijen serieus te werk gingen. We stellen met elkaar het veilig omgaan met wapens, het gebruik van materialen die zo authentiek mogelijk zijn voorop..
De Circulaire Wapens en Munitie (CWM)
Wijzigingen in de CWM
M edio 2010 werd het mogelijk om schietsport te beoefenen buiten de KNSA. Dat was het resultaat van meerdere rechtszaken die draaiden om de vrijheid van vereniging. Dit zorgde er ook voor dat de CWM jaarlijks werd gewijzigd.
Een van de ontwikkelingen is de afscheiding van de KNSA van de traditionele schutters in 2014. In 2015 richtten zij de koepel “Koepel Nederlandse Traditionele Schutters” (KNTS) op.
Mede door deze ontwikkelingen werd de CWM jaarlijks gewijzigd: CWM 2012, CWM 2012II, CWM 2013, CWM 2014, CWM 2015, CWM 2015II, CWM 2016, CWM 2018 en de laatste versie CWM 2019.
Zie het kader aan de zijkant, of op mobiele apparaten onderaan de pagina.
Het begrip erkende koepel in de CWM
I n 2014 werd de CWM zodanig gewijzigd dat “naam koepel” vervangen werd door “een erkende koepel zoals (naam koepel)”. Deze verandering werd ook doorgevoerd in de paragraaf Re-enactment.
De aanpassing was bedoeld om meerdere koepels mogelijk te maken, terwijl de overheid nog steeds wilde bepalen welke organisaties als koepel werden beschouwd en invloed wilde uitoefenen op de koepels, vandaar de term ‘erkende koepel’, ongeacht of deze officieel erkend waren.
Erkenning van het LPLG
H et LPLG heeft geen erkenning hoeven aan te vragen, aangezien dit niet vereist was. Sinds de oprichting in 1998 heeft het gediend als belangenbehartiger voor Reenactment Nederland en is het vanaf CWM 2005 beschouwd als de koepelorganisatie die de belangen behartigt voor deze categorie verlofhouders. De wijziging in de CWM 2014 heeft de status van het LPLG als erkend of niet-erkend niet veranderd.
Deze situatie is door het Ministerie van Justitie in oktober 2022 bevestigd.
Zie het kader aan de zijkant, of op mobiele apparaten onderaan de pagina.
LPLG als koepel re-enactment
H et LPLG heeft nooit verondersteld dat zij vanuit de CWM het exclusieve recht heeft gekregen om als enige koepel voor re-enactment te fungeren. Het feit dat het LPLG in de CWM wordt genoemd, betekent niet dat er geen andere koepels kunnen bestaan; integendeel, er staat “zoals het landelijk platform levende geschiedenis”.
Het LPLG-bestuur heeft altijd het standpunt ingenomen dat mensen vrij moeten zijn om zelf te kiezen bij welke organisatie ze zich willen aansluiten. Meerdere bestuursleden hebben in het verleden ook aangegeven bereid te zijn om een nieuwe koepel te helpen met het opstellen van hun statuten, omdat het bijvoorbeeld belangrijk is dat de statuten van een koepelorganisatie het lidmaatschap van rechtspersonen mogelijk maken.
Stichtingen
S tichtingen van vestingsteden of musea worden regelmatig door Korpscheftaken doorverwezen naar het LPLG met de boodschap dat ze lidmaatschap moeten aanvragen. In het verleden heeft het LPLG deze organisaties aangeboden hen te helpen bij het oprichten van een eigen koepel omdat hun rechtsvorm (stichting) en activiteiten niet overeen kwamen met de doelstellingen van het LPLG. Tot op heden heeft geen deze organisaties van dit aanbod gebruik gemaakt.
Waarom kan niet elke organisatie lid worden van het LPLG
S oms moeten we organisaties afwijzen als lid, bijvoorbeeld als de organisatie een stichting is (een stichting heeft geen leden, alleen bestuursleden), of als men alleen interesse toont voor het verkrijgen van een wapenvergunning of erkenning zonder zich verder te willen conformeren aan de doelstellingen en reglementen van het LPLG. Voor elk kandidaat-lid wordt beoordeeld of het past binnen de door de algemene ledenvergadering vastgestelde definities van reenactment/levende geschiedenis, de statuten, en of er twijfels zijn over de naleving van de geldende wet- en regelgeving door de organisatie.
Samenwerken met andere koepelorganisaties
H et LPLG staat altijd open voor samenwerking met andere koepelorganisaties. Dit geldt ook voor nieuwe koepelorganisaties voor re-enactment. We volgen hiermee met elkaar de ontwikkelingen die de verenigingen van wapenverzamelaars die laatste tien jaar hebben doorgemaakt.Aanvankelijk was er één verzamelaars-vereniging, maar nu zijn er vier verenigingen, elk met een eigen identiteit.Hoewel bij re-enactment het ministerie van Justitie heeft erkend dat zij een bepaalde bevoegdheid mist, is dit bij wapenverzamelaars niet het geval. Toch is het mogelijk om zonder politieke of juridische obstakels meerdere verenigingen te hebben. Deze vier verenigingen werken toch ook weer samen, omdat ze merken dat het individueel moeilijker is om hun belangen te behartigen dan gezamenlijk
Belangenbehartiging
H et LPLG staat ook voor samenwerking om belangen te behartigen en om deze in de politieke arena te blijven agenderen. Daarom heeft het LPLG via Rob Boom van Phoenix advisory een actieve bijdrage geleverd aan de Commissie Van Dam voor de ontwikkeling van een nieuwe wapenwet. Dit proces is momenteel nog in gang.
Op gebieden waar we gezamenlijke belangen hebben werken we samen met koepelorganisaties zoals de KNSA, Jagersvereniging (KNJV), e.d.
Platform Legaal wapenbezit
H et platform voor legaal wapenbezit, mede opgericht door het LPLG, geeft aan dat het samenwerkingen met organisaties buiten de re-enactment loont. Het blijkt dat wapenverzamelaars, wapenverhuurders, munitieverzamelaars, historische voertuigeigenaren en jagers meer gemeen hebben dan op het eerste gezicht lijkt. Dit stelt ons in staat om een eenduidige boodschap te brengen aan politiek, politie en justitie
Voor re-enactors en levende geschiedenis/Reenactment verenigingen
H et LPLG, dat voorheen vooral bekend was om de organisatie van het “LPLG Weekend”, heeft in 2017 besloten dit evenement niet langer te organiseren. Inmiddels zijn er diverse grote organisaties die succesvolle multiperiode evenementen organiseren.
Hierdoor is de focus van het LPLG verschoven naar het vertegenwoordigen van de belangen van re-enactment en levende geschiedenis verenigingen en hun leden. De eerder verzwakte contacten met justitie zijn hersteld en nieuwe contacten met de politie en de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) zijn gelegd.
Dit heeft ertoe geleid dat het LPLG vanaf 2016 wijzigingen in de CWM heeft kunnen bewerkstelligen. Tevens waren we via Rob Boom vertegenwoordigd in de Commissie van Dam met als resultaat een rapport hoe de nieuwe Wet Wapens en Munitie vorm gegeven kan worden. Samen met de ILT is een werkbare situatie gecreëerd die anders een onuitvoerbare uitvoering van de Wet Explosieven voor Civiel Gebruik (WECG) zou zijn geweest.
Juridische hulp
I n de afgelopen jaren heeft het Landelijk Platform voor Levende Geschiedenis (LPLG) diverse individuele reenactors en verenigingen ondersteund met juridische bijstand. Dit betrof zowel ondersteuning in de rechtszaal als hulp bij problemen met de politie of bij incorrect verleende vergunningen voor evenementen.
Dankzij ons uitgebreide netwerk zijn we in staat om de juiste gerechtsdeskundigen, advocaten en lobbyisten te koppelen aan de hulpvragen die bij ons binnenkomen.
Ook mensen die niet verbonden zijn aan het LPLG of haar leden weten ons te vinden, dit zijn soms voertuig verenigen, verzamelaars en soms een sportschutter die een van onze nieuwsbrieven gelezen heeft.
Nieuwsbrieven
H et LPLG publiceert regelmatig een nieuwsbrief (waarop iedereen zich kan abonneren) om onze leden te informeren over gewijzigde wetgeving en actuele zaken die op dat moment relevant zijn. Deze nieuwsbrieven zijn ook beschikbaar onder het tabblad ‘Nieuws’
Bestuursvergaderingen
H et LPLG-bestuur houdt maandelijks een bestuursvergadering. Hoewel veel digitaal wordt afgehandeld, streven we ernaar om minstens eens in de drie maanden persoonlijk samen te komen. We bespreken bijvoorbeeld de voortgang op het gebied van de wapenwet, klachten of hulpverzoeken van leden, en andere onderwerpen die onze hobby raken.
Standaardisatie
H et LPLG heeft verschillende formulieren ontwikkeld die het proces van vergunningaanvragen voor evenementen vereenvoudigd. Hierdoor wordt verwarring voorkomen en ontvangt de betreffende autoriteit (politie of gemeente) de juiste informatie voor de zaken waarover zij moeten beslissen. Verschillende formulieren zijn al in gebruik bij verenigingen en organiserende partijen.
Politie
D e politie werkt op dit moment aan een model aanvraag en toestemming re-enactmentuitvoering. Daarmee wordt in 2024 een pilot gedaan om de werking te beoordelen.
In deze model aanvraag en toestemming is de feedback van het LPLG niet meegenomen.
Het LPLG is nog bezig met het beoordelen van de modelaanvraag en toestemming op juridische en praktische uitvoerbaarheid.
Overzicht Circulaire wapens en Munitie
Circulaire wapen en Munitie 2005
Circulaire wapen en Munitie 2012
Circulaire wapen en Munitie 2012 II
Circulaire wapen en Munitie 2013
Circulaire wapen en Munitie 2014
Circulaire wapen en Munitie 2015
Circulaire wapen en Munitie 2015 II
Circulaire wapen en Munitie 2016
V
ragen van het LPLG aan het Ministerie van Justitie
9 oktober 2022
Erkende koepel, hoe zit de situatie nu precies in elkaar?
Namens een vereniging is verzocht om erkenning als koepelorganisatie in het kader van de Wwm ten behoeve van het redelijke belang ‘re-enactment’. Naar aanleiding van deze aanvraag is gebleken is dat de wet geen juridische basis biedt voor het erkennen van een koepelorganisatie. In de Cwm wordt wel gesproken over het erkennen van een koepelorganisatie, echter de Cwm is een beleidsdocument en kan die juridische basis niet bieden.
In de Cwm is opgenomen dat het LPLG door de minister is erkend als koepelorganisatie. Echter, voortschrijdend inzicht leert dat ook voor het erkennen van het LPLG geen wettelijke bevoegdheid bestaat. In het lopende traject van de herziening van de Wwm zal worden bezien of en hoe het erkennen van koepelorganisaties voor re-enactmentverenigingen kan worden geborgd in wet- en regelgeving. In de tussentijd verandert dit niets aan de huidige (uitvoerings)praktijk voor het LPLG en haar leden.
Wat heeft de minister precies geschreven aan de aanvragende vereniging?
Aan verenigingen die een aanvraag om erkenning als koepelorganisatie hebben ingediend ten behoeve van het redelijk belang ‘re-enactment’ wordt gecommuniceerd dat de wet geen juridische basis biedt voor het erkennen van een koepelorganisatie.
Het niet kunnen erkennen van een vereniging als koepelorganisatie, in het kader van de Wwm ten behoeve van het redelijk belang ‘re-enactment’, laat onverlet dat er vanuit de Wwm geen beletsels zijn voor een vereniging om te acteren als koepelorganisatie voor andere verenigingen. De Wwm gaat immers niet over het inrichten van een samenwerking tussen verenigingen.
Wat is de instructie vanuit het ministerie aan de Politie / korpscheftaken inzake re-enactmentverenigingen aangesloten bij een koepel anders dan het LPLG? Met name: wat zijn de vereisten die korpscheftaken zou moeten controleren?
Door re-enactmentverenigingen die niet lid zijn van het LPLG, dan wel door een lid van deze verenigingen, kan een aanvraag om afgifte van een (verenigings)verlof of ontheffing tot het voorhanden hebben van wapens in het kader van het redelijke belang re-enactment worden ingediend bij Justis dan wel de Politie. Het is alsdan aan de politie of Justis om een dergelijke aanvraag te beoordelen aan de criteria van de Wwm/Rwm/Cwm. Het redelijk belang vormt immers een vereiste voor de afgifte van verloven of ontheffingen. Het is aan de aanvrager om aan te tonen dat er sprake is van een redelijk belang.
Zoals hierboven aangegeven verandert niets aan de huidige (uitvoerings)praktijk voor het LPLG en haar leden. Een lidmaatschap van de koepelorganisatie LPLG draagt bij aan de onderbouwing van het redelijk belang ‘re-enactment’ van de aanvrager (re-enactmentvereniging dan wel door een lid van deze vereniging) van de ontheffing of het verlof.